Zorgen van een zorgverlener

Als zorgverlener loop ik nu al een aantal jaren mee, in het wereldje dat gekenmerkt wordt met pieken en dalen in al zijn facetten. Van Gehandicaptenzorg, tot justitie, tot jeugdzorg, tot psychiatrie. Tijdens al deze jaren ben ik een veelvoud aan bijzondere zorgverleners tegengekomen. Van mensen met passie, tot vernieuwende mensen, tot mensen die het zien als werk. Mensen die houden van zorgen voor anderen, tot mensen die niet willen zorgen. Ik heb me ontwikkeld tot die mensen die in deze laatste categorie behoren. “Mensen die niet willen zorgen”. Wat ik hiermee bedoel leg ik jullie uit, verderop in deze blog.
Binnen de gehandicaptenzorg zijn er veel mensen die hun werk met passie doen, en het de cliënt zo fijn mogelijk maken. Hem helpen daar waar nodig. Kijken hoe er weer een paar cent bij elkaar gesprokkeld kunnen worden om een uitje voor deze mensen te regelen. Ook ik ben met deze doelgroep een paar dagen op vakantie geweest. Als je ziet hoe intens deze mensen dan genieten is met geen pen te beschrijven. Toch besefte ik op een gegeven moment dat dit niet was wat ik wilde, er miste iets wat ik niet kon vinden binnen de gehandicapten zorg.
Aangekomen bij Justitie (justitiële jeugd inrichting)  leerde ik een hele andere kant van de zorg kennen (ja ook dit is zorgen). De jeugdige delinquenten waarmee ik te maken had, hadden 1 voor 1 een verleden, waarbij je mag zeggen dat de meesten anderen een gelukkige jeugd heb gehad. Men gaat anders kijken naar deze doelgroep en men leert “de mens” kennen achter de delinquent. Op het moment dat men gaat “zorgen” voor deze doelgroep, prikken ze zo door je zwakke plek en daar maken ze feilloos gebruik van. Dat is namelijk wat ze hun helve leven al hebben gedaan en zo hebben geleerd te overleven. Hier heb ik geleerd om een “stoer watje” te zijn. Hard van buiten maar met een klein hartje kijken naar wat deze kinderen eigenlijk vragen!
Via Jeugdzorg terecht gekomen in de psychiatrie. Bij deze laatst gemelde doelgroep zijn de laatste puzzelstukjes voor mij op hun plek gevallen en ben ik me bewust geworden tot welk soort zorg/hulp verleners ik behoor, de “niet zorgers”.
Beknopt levensverhaal van een cliënt: X is 8 jaar als de relatie van moeder beëindigd wordt. niet veel later begint moeder een nieuwe relatie en telkens als deze relatie in thuis komt, wordt X op straat gezet. Zonder geld, zonder eten of drinken. X zorgt dus al op veel te jonge leeftijd voor zichzelf. Als een aantal jaar later X problemen krijgt en wordt opgenomen in een jeugdzorg instelling, wordt er een borderline persoonlijkheidsstoornis vastgesteld bij X. Moeder schrikt hiervan en wil alles goed maken wat ze in het verleden heeft stuk gemaakt. X profiteert hier optimaal van en laat het bemoederen over zich heen komen.12243001_1065524050146604_2134060679522705973_n
Juist hier begint het probleem bij veel zorgverleners. Zorgverleners zijn over het algemeen mensen, die anderen graag willen helpen. Zich willen bekommeren om mensen, die het op 1 of andere manier minder hebben. Nu stel ik u de vraag: welke valkuil zit hier achter?
Juist..cliënt X, die al een borderline persoonlijkheidsstoornis heeft ontwikkeld maakt hier weer feilloos gebruik van om zijn/haar eigen problemen te verbloemen. Zich te verschuilen achter het masker dat deze in de loop der jaren heeft opgebouwd. Ze zijn hier zo geraffineerd in geworden dat de zorg(er) verlener hier niet doorheen prikt. Wat X in dit geval nodig heeft is een hulpverlener die “niet zorgend” is. één die alles bij X zelf laat liggen en pas helpt als X met de neus tegen de muur is gelopen. X vraagt dan zelf om hulp en dit is X niet gewend. Doordat dit soort hulpverlener een afstand creëert, is hij sneller in staat om emotionele misstanden eerder te signaleren en dus ook eerder in te grijpen indien nodig.
Rob Houben